logo

Vijf vragen aan……..

Ella ter Kuile te midden van Marcus Bakker en Teun Twigt. Collectie Stadsarchief Rotterdam, foto L. van der Waal.

Mr. Ella ter Kuile, oud-gemeenteraadslid Rotterdam en nog veel meer …. door Judith van Gilst

Waar bent u geboren?

Ik ben in Den Haag geboren en heb er tot mijn veertiende jaar gewoond. Maar wel altijd in de wetenschap dat mijn vader Rotterdam de beste stad vond, die je maar kon bedenken. Ik heb op de Montessori lagere school gezeten in Den Haag en mijn vader vond het heerlijk dat wij door de verhuizing naar Rotterdam ook naar het Montessori Lyceum konden. Dat was vlakbij ons huis aan de Honingerdijk. En later was de school aan de Westersingel en dan na school op de fiets de hol af de Vijverweg in, het meest dierbare plekje in Rotterdam. In elk jaargetijde is het er zo prachtig.

Een van de meest bijzondere herinneringen is dat ik in die tijd een lichtblauw regenjasje had. Dat vergeet ik nooit. Op de fiets langs de kale vlaktes die de stad toen volop had, over de Van Walsumweg waaide het zand in wolken rondom mij en zat ik dus helemaal onder het stof als ik aankwam. Het was een heerlijk tijd. Ik deed gymnasium-bèta en we zaten met z’n drieën in de klas. Dat hield in dat we veel aandacht kregen van de docenten. Ik heb er enorm veel geleerd.  Na mijn eindexamen ging ik een jaar naar Parijs als au-pair, waar ik veel naar de Sorbonne ging om daar cursussen te volgen. Eenmaal terug in Nederland in 1951 ging ik studeren in Amsterdam aan de Politiek Sociale Faculteit. Ik ging onderzoek doen op de oostelijke eilanden voorbij de Indische buurt. Niemand snapte dat ik daar alleen naartoe durfde. Nu is dat allemaal chic woongebied geworden, maar dat was toen heel anders. Nog voor het einde van de studie wilde ik trouwen en heb toen nog snel mijn kandidaatsexamen gehaald. Dan had ik dat maar vast binnen.

En wanneer bent u weer in Rotterdam gaan wonen?

Nou niet meteen hoor. Na het trouwen kregen we vier kinderen en woonden we in ‘t Gooi. Maar ik kreeg schoon genoeg van dat sociale leven daar. We kwamen terug naar Rotterdam en gingen wonen in Hillegersberg. Ik had allang gezien dat er aan de universiteit een mogelijkheid was voor mij om rechten te studeren aan de pas opgerichte faculteit en zo is het ook gegaan. Huishouden, vier kinderen en een man die ook een drukke baan had en ik aan het studeren.

En nadat u de mr. Ella ter Kuile was geworden,  ging aan de slag als……..?

Nadat ik jurist geworden was, werkte ik een tijd op de universiteit als coördinator van het mentorstelsel. Vreselijk met al die kibbelende hoogleraren. Wat een zware klus was dat. Ook nog op een gerenommeerd kantoor aan het nieuwe Burgerlijke Wetboek 8 (zeerecht) gewerkt. Dodelijk saai, ik kon thuis werken. Niets voor mij dus. Mijn moeder zag me wegkwijnen.

Hoe kwam u dan terecht in de politiek?

Tja, ik ben er ongelofelijk eenvoudig ingerold. Toen ik in Kralingen woonde, zag ik in het VVD-blaadje dat er mensen gezocht werden voor de wijkraad (voorloper van de Deelgemeenteraad). Ik ging solliciteren en had niemand wat verteld. Bang dat het niets zou worden. Maar ik werd meteen aangenomen en dat was het begin. We waren betrokken bij zaken als de aanleg van de metro. Ruimtelijke ordening en wonen heeft mij altijd geïnteresseerd. Later als lid van Provinciale Staten kreeg ik de portefeuille RO, de meest interessante.  Dat heb ik vier jaar gedaan. Daarna werd ik lid van de gemeenteraad, de meest te ambiëren en eervolle baan die er is. Dat heb ik zestien jaar gedaan. Van mijn vijftigste tot aan mijn zevenenzestigste jaar. Ik ben het enige raadslid dat ooit een afscheidsfeest heeft gekregen. Heel bijzonder was dat. Ik voel me betrokken bij de mensen en ik vond het mijn hele politieke loopbaan belangrijk, dat zij gehoord worden. Ik ben altijd overal gaan kijken (op de fiets) als er iets te doen was. Veel in gesprek met bewoners. Of het nu de mensen van Perron Nul waren of de ongeruste bewoners van Spangen, die nog bij mij thuis hun verhaal kwamen doen. Altijd luisteren en dan handelen, alles in samenspraak met de bewoners.

En dan nog al uw andere belangrijke werk, hoe vond u daar tijd voor?

Ja, ik heb zoveel verschillende dingen erbij gedaan. Kon het moeilijk laten, het was allemaal te leuk om niet te doen. En mijn man…hij heeft mij altijd gesteund.  Zou ik het na de raadsperiode wat rustiger aan doen en meteen daar kwam weer iets voorbij. Nu zit ik weer in de raad van toezicht van De Pendrecht Universiteit, was eerder voorzitter van de Topkring van Jenaplanschool, voorzitter van de Seniorenraad. Maar nu moeten de jongere mensen echt de stokjes gaan overnemen. Zodat ik me nog een keer kan inzetten om samen met oude bekende uit de stadsvernieuwingsperiode een analyse te maken van wat er toen goed ging in de stad. Zouden we met de goede elementen van die periode nu nog aan de slag kunnen in de stad? Genoeg plannen, zeg maar!